
Dit historisch unieke materiaal bestaat uit negatieven, originele fotoafdrukken, albums en fotoboeken (waarvan sommige onderliggende foto’s helaas verloren zijn gegaan). Het vormt een onmisbare herinnering aan de Hongerwinter, het vervalsen van persoonsbewijzen, de onderduik, de illegale pers, sabotageacties, wapentransporten en -instructies, oorlogsschade en de bevrijding door de Geallieerden.
Risico was groot
Tijdens de Duitse bezetting stonden fotografie en cameragebruik onder strikte regels. Het risico om betrapt te worden was groot en levensgevaarlijk, zeker toen het gebruik van camera’s in de openbare ruimte eind november 1944 volledig werd verboden. Toch namen de fotografen na Dolle Dinsdag meer risico’s dan ooit: in de laatste, zware wintermaanden van de bezetting werd er zelfs intensiever illegaal gefotografeerd en gefilmd dan daarvoor. Sommige situaties, zoals het schuilen op onderduikadressen, werden na de oorlog opnieuw geënsceneerd om toekomstige generaties een beeld te kunnen geven van deze donkere periode.
Diverse collecties
De foto’s van De Ondergedoken Camera zijn inmiddels verspreid over diverse collecties, waaronder het Maria Austria Instituut, het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies, het Nederlands Fotomuseum en de Bijzondere Collecties van de Universitaire Bibliotheken Leiden. Deze beelden houden niet alleen de herinnering levend, maar geven ons ook een unieke inkijk in het dagelijks leven en het verzet tijdens de Duitse bezetting.