Unesco-Aanbeveling over neurotechnologie komt van de grond

Unesco-Aanbeveling over neurotechnologie komt van de grond

Unesco heeft verschillende stappen gezet om tot een breed gedragen Aanbeveling over neurotechnologie te komen. 

In 2023 besloten de 194 lidstaten van Unesco gezamenlijk tot het uitbrengen van een aanbeveling over neurotechnologie. Inmiddels zijn daar belangrijke stappen in gezet. In het eerste halfjaar van 2024 heeft een internationale Ad Hoc Expertgroep (AHEG) de eerste conceptversie van de aanbeveling opgesteld. Hun concepttekst is het resultaat van intensief overleg met experts uit diverse disciplines, waaronder de neurowetenschappen, filosofie, rechten en ethiek.

Consultatieproces

De concepttekst van de Ad Hoc Expertgroep is vervolgens inzet geweest van een uitgebreide consultatieperiode tijdens de zomer. Deze consultaties hadden tot doel feedback te verzamelen van een breed scala aan belanghebbenden, waaronder academici, overheidsinstanties, NGO's en vertegenwoordigers van de private sector. Op 3 juli 2024 vond een online sessie plaats voor West-Europese landen, waarbij namens Nederland beleidsmedemedewerkers deelnamen. Op verzoek schoof ook prof. dr. Pieter Roelfsema, (VU/Amsterdam UMC en Nederlands Herseninstituut) als onafhankelijk expert aan. 

Een aantal zaken kwam bij deze West-Europese consultatie naar voren. Deelnemers noemden het grote belang van een duidelijke en specifieke definitie van neurotechnologie, om verwarring te voorkomen en de praktische toepasbaarheid van de aanbevelingen te waarborgen. Zij bespraken ook de ethische principes die ten grondslag moeten liggen aan de aanbevelingen, zoals zelfbeschikking, privacy en de bescherming van kwetsbare groepen.

Ethische garanties

Een belangrijk punt van discussie was de balans tussen het erkennen van de potentiële voordelen van neurotechnologie voor de gezondheidszorg en het garanderen van voldoende ethische waarborgen om misbruik te voorkomen. Zo bestaan er onder andere zorgen over de bescherming van persoonlijke gegevens en het risico op ongewenste beïnvloeding van mentale processen. Eveneens werd benoemd dat neurotechnologie niet alleen moet worden ontwikkeld door - en toegepast op - een kleine, welvarende groep mensen. Ethische neurotechnologie moet inclusief zijn. Daarvoor is internationale samenwerking van blijvend belang. 

De feedback uit deze consultatieronde met experts zal worden gebruikt om de conceptaanbeveling verder te verfijnen. Een tweede versie wordt voorgelegd aan de 194 lidstaten van Unesco, die dan de finale tekst op politiek niveau zullen uitonderhandelen. 

Dit artikel verscheen eerder in aangepaste vorm in Podium voor Bio-ethiek

Loading...